Een paar weken geleden heb ik de Workout app van mijn Apple Watch gegooid. Dat had ik veel eerder moeten doen. Wat een rust. Niet meer: ‘Het is tijd om te gaan staan!’ terwijl je al staat. Niet meer: ‘Het lijkt erop dat je een workout aan het doen bent,’ als je gewoon een ommetje maakt. En ook niet meer het gevoel dat je elke beweging moet bijhouden, want anders… ja, anders wat eigenlijk?
Voor de mensen zonder Apple Watch: met de Workout app kun je bijhouden welke workouts je doet op een dag. Sommige activiteiten pakt ie vanzelf op, zoals wandelen, fietsen of zwemmen. Elke keer als je op de fiets zit of meer dan 1 kilometer loopt, trilt je horloge en moet je de keuze maken of je je ‘workout’ wil bijhouden. Naar de bakker lopen is hierdoor een serieuze workout geworden. Andere activiteiten moet je zelf actief aanzetten, omdat je horloge niet herkent of je aan het schaatsen bent of aan het worstelen.
Je denkt dat je dit wil bijhouden, omdat je iPhone ook de app Conditie heeft. Hierin heb je ingesteld dat je bijvoorbeeld minstens 10x per dag wil gaan staan, minstens 30 minuten wil ‘trainen’ en minstens 600 kilocalorieën wil verbranden. Je hebt dit ingesteld, omdat je denkt dat je op deze manier meer beweegt en dus gezonder leeft.
Ik dacht heel lang dat ik supergoed bezig was. Al die gekleurde ringen die ik vol maakte. Wat een voldoening! Ik was er ook echt goed in. Ik kreeg heel veel complimenten van mijn horloge: Gefeliciteerd, je hebt vandaag je staandoel bereikt! Soms kon je bijzondere medailles winnen, bijvoorbeeld een maanduitdaging, waarin je gemiddeld 6 kilometer per dag moest lopen. Als je dat 21 dagen volhield, dan had je die medaille maar mooi te pakken. Stiekem was ik best trots op al die gekleurde medailles op mijn schermpje.
Om die medailles te halen moest je natuurlijk wel genoeg workouts doen. Dus als ik ging wandelen, dan zette ik de workout app aan. Want die wandelminuten waren kostbaar. Ze leverden wat op! Ook als ik gewoon naar de stad fietste, zette ik de app aan. Ik besefte dat dat best treurig was, maar tóch wilde ik die minuten meepakken. Ze kwamen allemaal in mijn grote bewegingsoverzicht terecht. En ik was goed in bewegen. Als ik op de wc zat, bekeek ik het overzicht op mijn Apple Watch. Had ik al genoeg trainingsminuten? Hoeveel calorieën moest ik nog verbranden? Hoeveel tijd had ik daar nog voor?
En zo veranderde de app langzaam van een geinig meetdingetje in een vervelend moetdingetje.
Ik had het fenomeen ‘streaks’ een tijd geleden al afgezworen, toen ik ontdekte dat ik een ongezonde drang voelde om zo’n streak vol te houden. Vooral in de coronaperiode viel ik als een blok voor dit soort uitdagingen. ‘Challenge accepted,’ hoorde ik de Barney Stinson uit How I met your mother roepen in mijn hoofd. 365 dagen yoga achter elkaar doen? Challenge accepted! Elke dag 10 minuten Catalaans oefenen op Duo Lingo? Challenge accepted! Op een gegeven moment werd ik al gestrest wakker, omdat mijn dag vol zat met kleine uitdagingen die ik ‘even’ moest doen en ik wist niet of ik er genoeg tijd voor had.
Toen ik dat doorkreeg (en dat duurde best lang), besloot ik nooit meer een streak te doen. Niet beseffende dat het dagelijks meten van al mijn bewegingen eigenlijk hetzelfde was. Het zijn mini-streaks die deels je dag bepalen. Het kijken naar mijn bewegingsoverzicht riep op dat ik nog van alles ‘moest’ doen. Maar van wie eigenlijk? En wat levert het op? Bewegen doe ik vanuit mezelf wel, omdat ik dat fijn vind. Waarom zou ik dat meten en bijhouden? Waaróm?
Deze vraag kwam een paar weken geleden ineens naar boven en ik kon er geen goed antwoord op formuleren. Ook voelde ik toen pas dat ik al dat gemeet helemaal niet fijn vond. Ik was dingen aan het doen, omdat mijn horloge me ertoe aanmoedigde. Omdat het een gewoonte was geworden. Niet omdat ik het zelf nou zo per se wilde. Ik heb de workout app én de conditie app meteen van mijn Apple Watch gegooid. En daarmee ook de druk om mezelf constant te moeten verbeteren.
Mocht ik over een jaar vijf kilo zijn aangekomen, dan was dat misschien een niet al te slimme beslissing. Maar oh, wat ga ik een relaxed jaar tegemoet.

